lanterfanten
Print0Een ander leuk Nederlands woord: "lanterfanten" (luieren, tijd verdoen).
(Deze info komt uit de Etymologiebank.)
Lanterfanten wil zeggen 'luieren, zijn tijd verdoen'. Het werkwoord is afgeleid van het oudere zelfstandig naamwoord lanterfant (‘lui persoon’), maar de verdere herkomst is onzeker. Het meest waarschijnlijk is de theorie van Kiliaan, die immers leefde in de periode dat deze woorden voor het eerst zijn opgetekend. Hij etymologiseert landtrefant als vervorming van land-trouwandt, een samenstelling vanlanden trouwant ‘bedelaar, vagebond’, een Frans leenwoord. (Bron: M. Philippa e.a. (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands.)
De lettergreep -fant kan ook zijn ontstaan door volksetymologische invloed van het inmiddels verouderde zn.fant ‘landloper, bedelaar’, zoals in bedelaers, fanten ende fantinnen [1568], een woord dat wellicht is ontleend aan het Italiaanse fante (‘voetsoldaat'); jongeman; dienaar, persoon van lage komaf’, een verkorting van infante ‘voetsoldaat’ [1310-12], ontwikkeld uit het Latijn īnfāns, ‘kind’. De herinterpretatie van land-trefant als landtre-fant biedt ook een verklaring voor het werkwoord lanteren ‘luieren, leeglopen’ (inmiddels verouderd): lantren [1624].
De tegenovergestelde etymologie, volgens welke lanterfant is samengesteld uit de bovengenoemde woorden lanteren en fant, is minder waarschijnlijk, vanwege de in dat geval onbekende etymologie van lanteren en de late datering ervan.
Geen reacties op “lanterfanten”